Leestijd: 5 minuten


De titel zegt genoeg toch? Ik heb al in meerdere blogs kort aangehaald dat ik borstvoeding geef. Of althans probeer te geven. Het blijft een dubbel iets, aan de ene kant een mooi iets dat ik dat onze dochter kan bieden. Aan de andere kant is het bij vlagen ook een bron van onzekerheid en frustratie.

In twee eerdere blogs heb ik het al kort over borstvoeding gehad. Deze en deze, en had ik het steeds over “komt wel een andere keer uitgebreider”. Nu blijkt dat het moment te zijn. Ondertussen is dochterlief bijna 3 maanden oud, gecorrigeerd naar ‘op tijd’ bijna 5 weken. In mijn hoofd zou dochter dan dus nu ondertussen wel al goed aan de borst moeten kunnen drinken. Al schrijvende realiseer ik me overigens ook dat niet alle op tijd geboren kinderen leren aan de borst te drinken. Ook dan zijn er moeders die moeten stoppen met borstvoeding omdat het niet gaat.

Dochterlief drinkt, lijkt het, steeds beter aan de borst wel. Lijkt het in ieder geval. Want dat is dus een van de onzekerheden die ik heb. Hoeveel krijgt ze binnen? Is dat wel genoeg? Groeit ze wel genoeg? En dan zegt de kraamhulp wel “zolang je een tevreden blije baby hebt, dan zal ze genoeg binnen krijgen, anders hoor je haar wel”. Langzaam krijg je wat vertrouwen, weeg je haar niet meer voor/na de borstvoeding, en ga je na een tijdje ook wat minder gekolfde melk na geven. En heb je soms een moment dat je denkt “ze heeft nu echt goed gedronken, borsten zijn leeg” en geef je geen fles na, en kolf je niet nog de restjes eruit.

Even wat context. Vanuit mijn MS krijgen we wat extra kraamhulp die in het eerste jaar van onze dochter ingezet kan worden als extra ondersteuning. Deze kraamhulp is ook borstvoedingscoach en heeft korte lijntjes met een lactatiedeskundige. Deze komt 1a2 keer per week langs en kijkt mee met hoe de borstvoeding gaat qua techniek, maar ook naar hoelang dochter aan de borst drinkt, hoeveel we via de fles geven en hoeveel ik nog kolf. Op basis daarvan bepalen we het plan voor de tijd tot de volgende afspraak. Zo gingen we van “1a2 keer per dag aanleggen en verder kolven en dat via de fles geven”, via “proberen elke keer aan te leggen en 40ml nageven via de fles” naar “als je denkt dat ze goed drinkt aan de borst, niets nageven en dan hoef je ook niet perse te kolven die keer”.
Waarbij dan dus ook de kans aanwezig is dat ze na kortere tijd zich weer meldt omdat ze weer honger krijgt. Bij alles via de fles weet je wat ze binnenkrijgt en kun je op basis daarvan je planning maken en weet je ongeveer wanneer ze weer mag. Bij borstvoeding is dat wat flexibeler.

En dan blijkt ze in een week tijd nauwelijks te zijn aangekomen. Of er zit verschil tussen de weegschaal van het consultatiebureau en ons en die van de kraamhulp. Of ze krijgt toch te weinig binnen. Drinkt ze dan toch minder aan de borst dan we dachten? Meldt ze zich niet zo goed als ze honger heeft? Of begrijpen wij als ouders haar daarin niet goed? Is de moedermelk niet rijk genoeg aan voedingsstoffen?

We zouden proberen haar niet meer elke / om de dag te wegen. Dat lukt ons nu niet meer. Het inschatten of ze goed gedronken heeft vind ik ook lastiger ineens. Soms is duidelijk dat ze weinig drinkt, dan heeft ze wel honger maar is ze eigenlijk nog te moe / slapend om echt uit de borst te drinken. Hoeveel geef je dan via de fles? Die afgesproken 40ml? Of meer? Maar sinds dat is afgesproken is ze ook wel gegroeid, dus moet ze dan niet meer krijgen? Dat krijgt nu dus ook wel. Maar na hoeveel tijd mag ze zich weer melden als ze nauwelijks gedronken heeft aan de borst en ze dus ongeveer maar een halve portie via de fles krijgt. En hoe goed kun je daadwerkelijk inschatten hoe ze aan de borst drinkt, misschien waren het wel hele grote slokken. De enige indicatie die ik heb is hoeveel ik er daarna nog uit kolf. Maar heeft zij dan de rest gedronken? Of was de productie laag? Dus echt zekerheid biedt dat ook niet.

Bovenstaande maakt me dus soms onzeker. Want mijn motivatie om haar borstvoeding te geven is juist meer omdat ze prematuur geboren is. Normaal haalt een baby in het laatste trimester nog een hoop antistoffen via de placenta binnen, dat is bij onze dochter niet gelukt. Haar voornaamste kans om nog die antistoffen binnen te krijgen is ofwel via borstvoeding, ofwel eerst zelf ziek worden en het zelf leren. Dat laatste is als kleine baby toch niet echt wenselijk. En natuurlijk zijn er ook genoeg moeders van prematuren die geen borstvoeding geven, waarbij het ook goed gaat.

Is dit pittig vol te houden? Ja. Want op een dag dat mijn partner aan het werk is dan begin ik de voeding met haar aanleggen, dan flesje nageven en dan nog kolven. En ergens daar tussendoor haar verschonen. Als het alleen aanleggen of alleen fles zou zijn is dat een stuk makkelijker. Dan hou ik meer tijd over om ook even zelf wat rust te nemen.
Mijn omgeving hamert hier ook op. “Elena, hoe lang hou je dit vol? Moet je dit wel willen?” Op zich terechte vragen. Voor nu heb ik als deadline 1 augustus. Waarbij dat niet een deadline is van dan stop ik met borstvoeding, maar wel dat er dan een duidelijke lijn moet zijn.

Stijgend, dat ze met meer aan de borst wel ook goed blijft groeien. Dan hangt het even af van hoe snel stijgend die lijn is en hoe ik (en mijn partner) het vinden gaan hoe lang we nog de tijd nemen om te kijken of ze volledig aan de borst kan. Dat hangt ook af van hoeveel energie het me kost en hoe lang ik denk het vol te kunnen en willen houden. En dat laatste hangt weer af van de verwachting hoe lang ik alledrie (borst, fles en kolf) moet doen.
Of dalend, niet wat ik hoop. Maar het is niet uit te sluiten. En dan is de vraag, blijf ik kolven en krijgt ze het dan, of stop ik er helemaal mee? Want als die lijn dalend is, is de productie dan te laag en drinkt ze ‘gewoon’ te weinig. Of drinkt ze wel genoeg, maar is de melk te mager. Hoewel ze in het ziekenhuis een periode volledig moedermelk kreeg en groeide als kool. Dus ze zou het op moedermelk goed moeten kunnen doen. Maar de samenstelling kan natuurlijk veranderen.

Onzekerheden dus. Frustraties soms ook, ook al probeer ik dat te voorkomen. Die ontstaan vooral als ze wel honger signalen geeft, en ze daarna gaat liggen slapen aan de borst. Is ze dan te moe? Begreep ik de signalen verkeerd? Zijn dat frustraties? Of vooral wat grotere onzekerheden? Ik vermoed dat laatste.

Voor de mensen die nu willen roepen “geef toch gewoon de fles en stop met dat gedoe”. Je bent niet de eerste en zal waarschijnlijk niet de laatste zijn die dat denkt en/of naar me uit. Dat ik hier mijn twijfels en onzekerheden uit, wil niet zeggen dat ik zomaar stop met borstvoeding, dan had ik dat namelijk al in een eerder stadium gedaan.

Bovenstaande foto is de ‘administratie’ die ik nu in samenspraak met de kraamhulp bijhou om snel inzichtelijk te krijgen hoe het gaat qua voeding.

Meer meer meer:

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.